Een nieuwe cultuur in Nederland
Soms vraag ik me weleens af waarom het zo moeilijk is om mensen te overtuigen van het belang van hulpmiddelen die het leven van iemand met een beperking zoveel makkelijker kunnen maken. Het lijkt wel of je ze kennis laat maken met een heel nieuw fenomeen als je vraagt of ze een ringleiding hebben, een braillekaart of uitleg in grootletterschrift.
Nederland lijkt zich van de domme te houden als het gaat over mensen met een beperking. Als ik maar doe of ik niet weet waar het over gaat dan hoef ik er ook niets aan te doen. Doen deze mensen maar alsof of weten ze echt niet waar je het over hebt?
Tijdens de netwerkbijeenkomst van de Coalitie voor Inclusie kwam dit ter sprake en werd er een uitspraak gedaan die de spijker op zijn kop sloeg: De vorige drie generaties zijn opgegroeid zonder mensen met een beperking. Ze zaten in de bossen weggestopt!
Waar het onderwijs voor kinderen met een beperking in de vorige generatie nog strikt gescheiden werd van het reguliere onderwijs, wordt er nu voor gekozen de kinderen hier zoveel mogelijk in mee te laten draaien. Waar de doven mensen eerder op een instituut werden gehuisvest, wonen ze nu overal in de dorpen en steden en staan er steeds vaker gebarentolken op de podia van festivals. De nieuwste generatie van mensen met een beperking wordt gezien, staat midden in de maatschappij en wordt niet meer verstopt. Nederland maakt kennis met een nieuwe cultuur en zijn invloeden. Als we die willen omarmen zullen we ons en onze gewoontes moeten aanpassen.
Nederland moet leren dat mensen met een beperking gewoon mensen zijn die echter niet kunnen zien of horen, in een rolstoel zitten of gevoelig zijn voor een overdaad aan prikkels. “Wat wil mevrouw drinken?”, wordt er gevraagd aan de dame die de rolstoel voortduwt. “Een dove kan toch liplezen, waarom moet er dan een gebarentolk bij aanwezig zijn?”, wordt er opgemerkt. Situaties van alledag voor mensen met een beperking. Benader iedereen als een normaal mens want ze kunnen heel goed voor zichzelf bepalen of iets wel of niet gaat lukken en of ze hulp nodig hebben. En om ze de gelegenheid te geven zelfredzaam te zijn in de maatschappij zijn kleine aanpassingen dan soms al een grote vooruitgang. Een braille- of grootlettermenukaart in een restaurant en een bakje water voor de geleidehond; hoe welkom zul je je dan als blinde of slechtziende voelen. Niemand hoeft je de kaart voor te lezen, je kunt zelf kiezen en bestellen. Deze nieuwe cultuur draait om zelfredzaamheid. Niet bij de hand genomen worden, maar de gelegenheid krijgen om zelfstandig mee te kunnen doen. Als iets dan niet lukt, dan vraag je het gewoon. Dat doe je toch ook als je geen beperking hebt?